Is interactieve AI antwoord op stedelijke eenzaamheid?

Fontys ICT
Is kunstmatige intelligentie een antwoord op eenzaamheid in steeds grotere en drukkere steden? Docent-onderzoekers Pieter Wels en Geert Jan van Ouwendorp onderzoeken in het Fontys ICT Innovationlab de meerwaarde van AI die met bezoekers communiceert. Zij zien ook kansen voor de openbare ruimte.

In een stadspark zit een jongvolwassen vrouw op een bankje. In slechts een uur wordt ze gepasseerd door tientallen wandelaars en kinderwagens. Net als ruim de helft van volwassen Nederlanders in stedelijke regio’s voelt ze zich eenzaam. Zo ook de seniore buurtbewoner of de internationale student die even probeert te ontsnappen van zijn krappe studentenkamer.

AI, kunstmatige intelligentie, en algoritmes spelen op de achtergrond al een grote rol in het verbeteren van de stedelijke leefbaarheid. Het tegengaan van eenzaamheid is een actuele opgave in de stad. Wat nou als AI ook met ons het gesprek kan aangaan? Ons een helpende hand kan bieden als we nog niet weten dat we het nodig hebben?

Slimme en pratende bankjes in het park, die bezoekers op hun gemak stellen of gezelschap bieden, zijn geen vergezicht, aldus docent-onderzoekers Pieter Wels en Geert Jan van Ouwendorp van de ICT-opleiding aan de Fontys Hogeschool in Eindhoven.

Wels en Van Ouwendorp onderzoeken al zo’n vijf jaar de meerwaarde van interactieve AI-toepassingen voor het versterken van een persoonlijkere beleving van gebouwen die sociale interactie versterken. In het Building Attention project komt geleidelijk een antwoord op de vraag of onze relatie met AI persoonlijker wordt. Ambient Intelligence, zelflerende AI, zou zomaar onze voorkeuren voor onze leefomgeving kunnen onthouden.

AI laat je gezien voelen

‘Wat nou als een gebouw herkent wie er naar binnenloopt?’, vraagt Wels hardop. ‘En wat als een specifieke ruimte onthoud wat iemands lichtvoorkeur is? Of dat iemand bij binnenkomst al begroet wordt, met een melding over waar collega’s zich bevinden?’

Een installatie van het Innovationlab op de Dutch Design Week gaf kortgeleden al een kijkje in hoe een gebouw via interactieve AI kan communiceren met bezoekers. Maar niet alleen gebouwen kunnen worden versterkt, als het aan de docent-onderzoekers ligt wordt dergelijke AI ook gebruikt om eenzame doelgroepen in steeds drukkere steden meer gezien en gehoord te laten voelen.

‘In parken en op pleinen kan interactieve AI zeker iets betekenen voor een steeds individuelere samenleving’, zegt Van Wels. Hij ziet voor zich dat een slimme openbare ruimte kan herkennen als iemand voor langere tijd alleen zit. Of hoe AI een berichtje kan versturen naar iemand in nood, als zij hier van tevoren voor heeft aangegeven daarvoor open te staan.

‘Het is een logische volgende stap. In steeds grotere steden, ook al loop je door een drukke winkelstraat, kan je jezelf alsnog alleen en eenzaam kan voelen. Denk bijvoorbeeld aan internationale studenten’, vertelt Wels. 

‘We vragen ons in het Innovationlab af hoe interactieve AI past in de nieuwe balans tussen technologische en niet-technologische oplossingen in de stad’, voegt Van Ouwendorp toe. Hij erkent dat het gesprek over de slimme stad is verschoven van technologie als 'must-have' naar technologie met aantoonbare maatschappelijke. ‘Iedereen is op zoek naar de juiste balans. Kunstmatige intelligentie voelt al snel als inbreuk op privacy’, aldus Van Ouwendorp. ‘Het is dus nog maar de vraag of gebouwen op parkjes mensen gaan ‘herkennen’. Daar is namelijk veel (persoonlijke) data voor nodig. En dat ligt, vooral in wetgeving, gevoelig.’

‘Praten met AI is al normaal’

Ook Klaes Sikkema, partner van WeLabs, ziet interactieve AI als een antwoord op stedelijke eenzaamheid. ‘Je ziet dat we als samenleving die kant op bewegen. Nu al praten we tegen onze auto’s en thuisassistenten. Dan is praten met AI in de openbare ruimte niet veel anders.’

De inzet van AI hoeft geen privacyregels te overtreden, aldus Sikkema. ‘AI kan interactie opzoeken met één bezoeker, zonder dat de AI weet met wie het te maken heeft. Man of vrouw, leeftijd of huidskleur. Een algoritme mag geen gezichtsherkenning toepassen, maar kan wel vaststellen of iemand in een bepaalde richting kijkt of hoelang diegene ergens staat. Als kunstmatige intelligentie één persoon voor langere tijd op een bankje ziet zitten, zou het dan kunnen vragen of diegene behoefte heeft aan een gesprek?’

Gemeenten zijn wat Sikkema betreft nog niet op de hoogte van de kansen van AI op dit vlak. Ik ben tot nu toe nog geen gemeente tegengekomen die actief nadenkt over het interactief maken van assets om maatschappelijke knelpunten zoals eenzaamheid aan te pakken.’ Ook Wels en Van Ouwendorp hebben nog geen zicht op gemeenten die AI toepassen tegen eenzaamheid in de openbare ruimte.

Sikkema: ‘Ik verwacht eerder dat commerciële partijen hier mee aan de slag gaan. Maar dat interactieve bankje in het park, die komt er.’

Bron: Stadszaken

Tags: In de Media